Dinsdag 14 maart 2023 heeft de Eerste Kamer ingestemd met de inwerkingtreding van de (nieuwe) Omgevingswet op 1 januari 2024. De Eerste Kamer heeft ook vier moties aangenomen. De Eerste Kamer stemde in 2016 al in met de Omgevingswet en in 2020 met de wet die de invoering van de Omgevingswet regelt. In deze blog zetten wij kort de kerninstrumenten van de Omgevingswet en de aangenomen moties uiteen.
Hoe zit het ook alweer?
Het omgevingsrecht bestaat op dit moment uit 26 verschillende wetten. Het is de bedoeling dat de Omgevingswet deze verschillende wetten bundelt, waardoor het de regels voor ruimtelijke projecten moet vereenvoudigen. Zo wordt het plannen en vergunnen zo veel mogelijk gebundeld en worden procedures naar verwachting sneller. De Omgevingswet bevat regels voor de fysieke leefomgeving. Het gaat onder meer om wet- en regelgeving over bouwen, milieu, ruimtelijke ordening, natuur en water. Het doel van de Omgevingswet is het benutten en beschermen van de fysieke leefomgeving.
Kerninstrumenten Omgevingswet
De omgevingsvisie
De omgevingsvisie is één van de zes kerninstrumenten van de Omgevingswet. De omgevingsvisie is een langetermijnvisie van een bestuursorgaan over de gewenste en noodzakelijke ontwikkelingen van de fysieke leefomgeving, waaronder ook water, bodem en cultureel erfgoed, in het bestuursgebied van het bestuursorgaan. Er zal door het Rijk en de provincies elk één omgevingsvisie worden vastgesteld, waarin de maatschappelijke opgave en de te beschermen kernkwaliteiten van een gemeente of provincie worden beschreven.
Programma’s en algemene rijksregels
Een ander kerninstrument is een programma. Een programma bevat maatregelen voor beheer, gebruik, bescherming en ontwikkeling van de fysieke leefomgeving. Tevens kan een programma plannen bevatten voor de uitvoering van projecten of maatregelen om sectorale doelen te verwezenlijken of om aan omgevingswaarden te (blijven) voldoen.
Het Rijk kan voorts algemene regels vaststellen om activiteiten in de fysieke leefomgeving te reguleren. Op deze manier is het voor een ieder die een activiteit aanvraagt of uitvoert duidelijk welke inhoudelijke en procedurele regels van toepassing zijn.
Het omgevingsplan en de omgevingsverordening (decentrale regelgeving)
Het omgevingsplan is ook één van de instrumenten die in de Omgevingswet is geïntroduceerd. Per gemeente geldt één omgevingsplan. Het omgevingsplan vervangt bestemmingsplannen. Voor waterschappen geldt de waterschapsverordening en voor de provincies geldt de omgevingsverordening.
Het omgevingsplan, de waterschapsverordening en de omgevingsverordening bevatten regels over activiteiten die gevolgen kunnen hebben voor de fysieke leefomgeving. Binnen het omgevingsplan en de verordeningen gelden functie- en locatiespecifieke regels, die rechtstreeks gericht zijn tot burgers en bedrijven en die sterk bepalend zijn voor de mogelijkheid om een locatie te ontwikkelen.
Het projectbesluit
Het projectbesluit maakt een uniforme procedure voor ontwikkelingen in de fysieke leefomgeving die voortvloeien uit de verantwoordelijkheid van het Rijk, een provincie of een waterschap mogelijk. Het projectbesluit strekt tot het wijzigen van het omgevingsplan zodanig dat het project gerealiseerd en in stand gehouden kan worden.
De omgevingsvergunning
De omgevingsvergunning keert ook in de Omgevingswet terug. De omgevingsvergunning in de Omgevingswet beoogt de vergunningprocedure te verkorten en te vereenvoudigen.
Wat ook nieuw is, is dat de omgevingsvergunning voor bouwen is gesplitst in twee vergunningen, namelijk (1) een ruimtelijke bouwactiviteit, waarbij getoetst wordt aan het omgevingsplan inclusief de welstrandeisen, en (2) een technische bouwactiviteit, waarbij getoetst wordt aan de opvolger van het Bouwbesluit, Bbl.
Digitaal Stelsel Omgevingswet
Zoals hierboven aangegeven, bundelt de Omgevingswet wet- en regelgeving voor de fysieke leefomgeving. Het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) ondersteunt de uitvoering van de Omgevingswet. Eén van de onderdelen van het DSO is het digitale Omgevingsloket. Met behulp van het Omgevingsloket zal het makkelijker moeten worden om ruimtelijke projecten te starten. Via het Omgevingsloket kunnen initiatiefnemers eenvoudig en snel zien wat er mag in de leefomgeving. Bovendien kan direct een vergunning aangevraagd worden.
Vooralsnog is de instabiliteit of het nog niet volledig functioneren van het DSO, de reden geweest waarom de inwerkingtreding meermaals is uitgesteld.
De aangenomen moties
De Eerste Kamer heeft vier moties aangenomen. In de moties is de regering verzocht om vóór 1 juli 2023 een financiële analyse te maken voor gemeenten, provincies en omgevingsdiensten en de Eerste Kamer vóór de zomer te informeren over hoe deze kosten komende jaren gedekt worden. Voorts is de regering verzocht ervoor zorg te laten dragen, dat voor zover relevant vóór 1 januari 2024, alle gemeenten een milieueffectrapportage maken voor de omgevingsvisies en/of het omgevingsplan. Verder is de regering verzocht ervoor zorg te dragen dat vóór de inwerkingtreding van de Omgevingswet alle betreffende websites minimaal voldoen aan bepaalde kwaliteitseisen. Daarnaast is de regering verzocht de Eerste Kamer uiterlijk zes weken voor inwerkingtreding te informeren over de kwaliteitseisen. In de laatste aangenomen motie is verzocht de regering het mogelijk te laten maken om binnen het DSO voornemens van besluiten te publiceren, zodat er één vindplaats is voor alle voorgenomen besluiten waarover nog participatie moet plaatsvinden.
Vervolg
Uit de moties kan worden opgemaakt dat er nog openstaande punten zijn die acties van de regering vergen en de Eerste Kamer nog twijfels heeft over de kwaliteit van het DSO. Gezien de moties is niet uit te sluiten dat de inwerkingtreding wordt uitgesteld.
Vragen
Mocht u vragen over de Omgevingswet hebben, dan kunt u contact opnemen met onze specialisten.
Neem contact op