Toen ik de krant las afgelopen woensdag viel mijn oog op een interessante casus: het kunstwerk ‘Sanctuarium’ is rigoureus onder handen genomen. Niet alleen interessant omdat het een kunstwerk van de door mij gewaardeerde herman de vries betreft, maar ook omdat het juridisch een interessant spanningsveld is.
Ik zal de casus kort schetsen. herman de vries – één van de meest invloedrijke Nederlandse kunstenaars van de laatste 50 jaar – heeft in 1993 deelgenomen aan een openlucht-tentoonstelling in Stuttgart. Hij was uitgenodigd om een kunstwerk op een vergeten stukje land tussen twee snelwegen te maken. Het werd een cirkel van 11 meter doorsnee, afgerasterd met een stevig hek met gouden spijlen. Hij noemde het kunstwerk “Sanctuarium” en het idee was dat de natuur in het stille heiligdom tussen de snelwegen zich ongestoord kon ontwikkelen. En dat deed het!
Na 25 jaar was het kunstwerk zo gegroeid en gewoekerd dat het hek onzichtbaar was en – erger nog – naar de mening van de gemeentelijk groendienst een gevaar voor de verkeersveiligheid opleverde. Met de gemeentelijke voorschriften over het snoeien van openbaar groen in de hand werd het sanctuarium geheel gerooid! Alleen het hek bleef staan. Wat hier is gebeurd (zie afbeelding hier) is niet alleen een staaltje van Duitse grondigheid, maar ook de botsing van twee rechtsregimes: enerzijds het snoeien van openbaar groen ten behoeve van de verkeersveiligheid en anderzijds de mogelijke aantasting van het persoonlijkheidsrecht van de kunstenaar.
Bij de regels over het snoeien van openbaar groen ten behoeve van de verkeersveiligheid kunnen we ons vast iets voorstellen, maar hoe zit het met de persoonlijkheidsrechten van de kunstenaar?
Tussen de maker en zijn werk bestaat een nauwe, persoonlijke band. De reputatie van de maker wordt immers door zijn werk(en) bepaald. De Auteurswet geeft bijzondere rechten die deze reputatie beschermen: de zogenaamde persoonlijkheidsrechten.
Deze rechten houden onder meer in dat de maker van het werk – bijvoorbeeld een kunstenaar, ontwerper of architect – bezwaar kan maken als zijn werk door anderen wordt verminkt of aangetast. Zo doen architecten regelmatig een beroep op deze rechten als een gebouw wordt verbouwd of gesloopt. Maar ook tegen de verplaatsing van een monument en schilderij werd opgetreden (lees hier op onze blog). De maker kan zich in algemene zin verzetten tegen wijzigingen die in het werk worden aangebracht, maar dat alleen als het verzet niet in strijd is met de redelijkheid.
Hier had het voor de hand gelegen dat de gemeentelijke groendienst – voordat met het rooien van het kunstwerk was begonnen – contact had opgenomen met de vries om in overleg en in redelijkheid tot een oplossing van het gerezen verkeersveiligheidsprobleem te komen. De vries was daarmee in de gelegenheid gesteld om zelf een artistiek verantwoorde wijziging in het Sanctuarium aan te brengen.
Inmiddels overweegt herman de vries juridische stappen. Onder het Nederlandse auteursrecht zou de vries naar onze mening goede argumenten hebben dat zijn werk en daarmee zijn persoonlijkheidsrechten zijn aangetast. Het concept van het kunstwerk was immers dat er ongestoord groen zou kunnen groeien. Nu groeit er helemaal niets meer.
Zou het in het kader van de zorgvuldige belangenafweging tussen het persoonlijkheidsrecht en de verkeersveiligheid niet beter zijn geweest om het “heilige” kunstwerk iets te snoeien?
Foto gepubliceerd onder creative commons door: Gerd Leibrock
Neem contact op