Recentelijk werd een interessante uitspraak gedaan door het Gerechtshof te Den Haag met betrekking tot het inzagerecht in de privacyregelgeving. Hierin maakte het Hof uit dat interne stukken niet uitgezonderd zijn van het inzagerecht. Ook werd in deze uitspraak nog eens onderstreept dat het recht op inzage niet absoluut is: bij een inzageverzoek moeten ook de (privacy)belangen van andere betrokkenen meewegen en dat zou er zelfs toe kunnen leiden dat aan het inzageverzoek geen gehoor kan worden gegeven.
Verzoek om inzage in eigen persoonsgegevens
Een lid van de Gereformeerde kerk te Dordrecht doet een verzoek tot inzage in de gegevens die de Kerk van haar verwerkt. Het verzoek is nog gebaseerd op basis van de Wet Bescherming Persoonsgegevens (Wbp); het verzoek werd namelijk eind 2017 gedaan. De achtergrond van het verzoek is dat het lid vreest dat er in het dossier dat de Kerk onjuiste gegevens staan. Dit naar aanleiding van onenigheid die is ontstaan tussen het lid en de Kerk. Ze wil de gegevens inzien en indien nodig laten corrigeren of verwijderen.
Kerk verstrekt informatie, maar geen kopieën
De Kerk heeft het lid, naar aanleiding van het verzoek, inderdaad (globale) informatie gegeven over de gegevens die de Kerk van haar verwerkt. Wat de Kerk niet gedaan heeft is het verstrekken van kopieën van alle documenten die in het dossier zijn opgenomen. Het gaat daarbij om correspondentie tussen kerkenraadleden met persoonlijke visies, een advies van een dominee (van een andere gemeente) en brieven van de preses. En dit zijn nu uiteraard net de documenten die het lid graag wil inzien. Het kerklid start daarom een procedure.
Rechtbank: kopie van bepaalde documenten verstrekken
De Rechtbank Rotterdam oordeelde in eerste aanleg dat de Kerk weliswaar niet van alle stukken een kopie ter beschikking hoeft te stellen, maar van een aantal documenten wel. Bovendien moet additionele informatie over onder meer de verspreidingskring worden verstrekt.
Tegen het oordeel van de rechtbank is de Kerk in hoger beroep gegaan.
Gerechtshof: recht op inzake in begrijpelijke vorm
In het hoger beroep staat de vraag centraal in welke mate de Kerk inzage moet geven in de persoonsgegevens die het van het lid verwerkt. Het Hof komt – kort gezegd – tot het volgende.
Er kan niet zonder meer aanspraak worden gemaakt op integrale kennisname van de documenten in het dossier, er is recht op inzage in “begrijpelijke vorm” . In dit geval is het Hof van oordeel dat de Kerk (wel) afschriften van de originele documenten dient te verstrekken, maar merkt daarbij op dat andere informatie (dan de informatie over het lid) onleesbaar moet worden gemaakt.
Dan is er nog de vraag of alle informatie uit het dossier aan het lid moet worden verstrekt. Het Hof zegt daarover dat geen inzage hoeft te worden gegeven “voor zover dat noodzakelijk is in het belang van de rechten en vrijheden van anderen”.
Beoordelingskader inzage in informatie
Het Hof, dat zelf geen inzage had in de gegevens die zijn opgenomen in het betreffende dossier van het lid, vat het beoordelingskader in algemene zin als volgt samen:
- In een concreet geval kan er een beperking op het recht van inzage bestaan, namelijk als de (privacy-)rechten van een derde zwaarder wegen dan de gerechtvaardigde belangen van degene die verzoekt om inzage. Dit moet van geval tot geval worden beoordeeld.
- Documenten die in het kader van het verzoek worden overgelegd mogen worden geanonimiseerd, in die zin dat de uitlatingen die zijn gedaan niet herleidbaar zijn tot de persoon die de uitlating deed.
Rechten van anderen respecteren
Toegepast op dit specifieke geval concludeert het Hof in dat de Kerk in beginsel kopieën dient te verstrekken maar dat de Kerk ook rekening dient te houden met de rechten en vrijheden van anderen. In een concreet geval kan dat er toe leiden (maar of dat ook in de onderhavige zaak zo is, dat weet het Hof niet omdat zij de inhoud van het kerkdossier niet kent) dat er na een belangenafweging geconcludeerd moet worden dat het ontzeggen van het inzagerecht noodzakelijk is ter bescherming van de rechten en vrijheden van anderen. Een algemene uitzondering van het inzagerecht op interne stukken bestaat niet.
Ook interne stukken vallen onder het inzagerecht
Ook interne stukken vallen (vanaf nu) blijkens de uitspraak van het Hof onder het inzagerecht. Mogelijk dient u ten aanzien van deze documenten flink wat afwegingen te maken voordat u kopieën overlegt met in meerdere of mindere mate weggestreepte gegevens….
Lees de hele uitspraak hier (Gerechtshof Den Haag 17 september 2019).
Vragen over het inzagerecht onder de AVG?
Heeft u vragen over het inzagerecht, neem dan contact op met specialist Privacy Nicole Makkes.
Neem contact op