In vervolg op onze eerdere blog over de aanbestedingsplicht voor woningcorporaties informeren wij u in deze blog over de laatste ontwikkelingen en de reacties van de Minister en Aedes op de ingebrekestelling van de Europese Commissie. De Minister en Aedes delen het standpunt van de Europese Commissie niet.
Eerst kort wat vooraf ging. De Europese Commissie heeft eind 2017 met een ingebrekestelling de eerste stap gezet in een mogelijke inbreukprocedure tegen Nederland. Met een inbreukprocedure bij het Hof van Justitie van de EU kan de Europese Commissie correcte naleving van Europese wetgeving door een lidstaat afdwingen.
De Europese Commissie heeft namelijk het standpunt ingenomen dat woningcorporaties publiekrechtelijke instellingen zijn die op grond van de EU-aanbestedingsregelgeving verplicht zijn om overheidsopdrachten Europees aan te besteden. De Europese Commissie heeft de Nederlandse regering twee maanden de tijd gegeven om te reageren op de ingebrekestelling.
In dit blog wordt de reactie van de Minister besproken. Ook heeft de vereniging van woningbouwcorporaties, Aedes, zich tot de Europese Commissie gewend naar aanleiding van de inbreukprocedure. Aan de reactie van Aedes wordt in dit blog eveneens aandacht besteed. Dit blog sluit af met een vooruitblik op eventuele vervolgstappen van de Europese Commissie.
Reactie van minister Ollongren
Minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft inmiddels een inhoudelijke reactie gegeven op het standpunt van de Europese Commissie, zo volgt uit het verslag van de vaste commissie voor Binnenlandse zaken van 21 februari 2018. Uit het verslag blijkt dat de Minister het niet eens met de door de Europese Commissie aangedragen overwegingen en daaruit getrokken conclusies. Volgens de Minister is in het arrest van het Europese Hof van Justitie over Franse woningcorporaties (zie hier) door het Hof overwogen dat het begrip ‘toezicht en het beheer’ zo moet worden uitgelegd dat de ‘overheid de beslissingen op het gebied van overheidsopdrachten van publiekrechtelijke instellingen kan beïnvloeden’. Op grond van de Woningwet is dit naar de mening van de Minister niet het geval en voldoen woningcorporaties daarmee niet aan het derde criterium van publiekrechtelijke instellingen: ‘toezicht op het beheer’. Volgens de Minister is haar reactie op de ingebrekestelling in lijn met de eerdere stellingname.
De daadwerkelijke reactie die de Minister aan de Europese Commissie heeft gezonden, is niet openbaar gemaakt. Uit het verslag blijkt dat de stukken die in het kader van een inbreukprocedure tussen de Europese Commissie en de Nederlandse regering worden gewissel vertrouwelijk zijn en daarom niet openbaar kunnen worden gemaakt.
In het verslag gaat de Minister verder nog in op de vragen die de commissie de Minister heeft gesteld.
Reactie van Aedes
Ook Aedes, de vereniging van woningcorporaties, heeft zich tot de Europese Commissie gewend. Aedes heeft per brief van 12 februari 2018 haar reactie kenbaar gemaakt aan de Europese Commissie.
In haar reactie neemt Aedes in hoofdlijnen hetzelfde standpunt in als de Minister. Aedes gaat daarbij in op artikel 61d Woningwet, waarin in 2015 expliciet is toegevoegd dat een aanwijzing van de minister geen betrekking heeft op het plaatsen van opdrachten door de toegelaten instelling of haar dochtermaatschappij. Aedes merkt op dat investeringsbeslissingen van geen enkele woningcorporatie kunnen worden afgedwongen en dat woningcorporaties verantwoordelijk zijn voor hun eigen beslissingen. Volgens Aedes zal door het wijzigen van woningcorporaties in publieke instellingen de fundamentele balans in de relaties tussen de private en publieke stakeholders worden verstoord.
Vervolgstappen
Als de Europese Commissie de reactie van de Minister straks onvoldoende vindt, kan de Europese Commissie oordelen dat Nederland niet voldoet aan de EU-regelgeving. Vervolgens kan een formeel verzoek van de Europese Commissie aan Nederland volgen om alsnog aan de regelgeving te voldoen. Nederland kan dan weer een termijn worden gesteld om te reageren, om mede te delen welke maatregelen zijn getroffen. Als de Europese Commissie de door Nederland getroffen maatregelen onvoldoende acht, kan de Europese Commissie een zaak aanhangig maken bij het Europese Hof van Justitie.
Vragen? Neem vrijblijvend contact op.
Wilt u weten of u uw opdracht moet aanbesteden? Neem dan vrijblijvend contact op met Marius Strijker.
Neem contact op