De Hoge Raad heeft op 23 juni 2023 uitspraak gedaan over het verjaren van wettelijke vakantiedagen. Uit het arrest volgt dat vakantiedagen niet verjaren, indien de werkgever niet voldoet aan de zorg- en informatieverstrekkingsplicht. In deze blog wordt hier verder op ingegaan.
Casus
De werknemer is op 7 november 2005 in dienst getreden bij werkgever, bij wie hij laatstelijk werkzaam was als advocaat. Partijen hebben al sinds begin 2018 een geschil over het aantal niet-genoten vakantiedagen. Bij het einde van het dienstverband heeft de werknemer niet alle vakantiedagen genoten en stelt dat hij recht heeft op uitbetaling daarvan. De werkgever stelt dat (een deel van) de wettelijke vakantiedagen op grond van artikel 7:640a BW zijn vervallen en (een deel van) de wettelijke en bovenwettelijke vakantiedagen op grond van artikel 7:642 BW zijn verjaard.
Juridisch kader
Een werknemer heeft recht op 20 wettelijke vakantiedagen per kalenderjaar onder behoud van een 40-urige werkweek. Daarnaast staat het de werkgever vrij om bovenwettelijke vakantiedagen toe te kennen. Laatstgenoemde bovenwettelijke vakantiedagen ontvangt de werknemer bovenop de wettelijke vakantiedagen.
Op grond van artikel 7:640a BW vervalt het recht op de wettelijke vakantiedagen in beginsel zes maanden na de laatste dag van het kalenderjaar waarin de aanspraak is verworven. De opgebouwde wettelijke vakantiedagen over het jaar 2022 komen bijvoorbeeld per 1 juli 2023 te vervallen. Na deze datum kan de werknemer hier geen gebruik meer van maken of laten uitbetalen. Echter, deze vakantiedagen komen alleen te vervallen indien de werkgever heeft voldaan aan de zorg- en informatieverplichting. Deze verplichting houdt in dat de werknemer tot aan het tijdstip waarop de vakantiedagen komen te vervallen redelijkerwijs in staat is geweest vakantie op te nemen. Onverminderd artikel 7:640a BW verjaart een rechtsvordering tot toekenning van vakantie door verloop van vijf jaren na de laatste dag van het kalenderjaar waarin de aanspraak is ontstaan (artikel 7:642 BW).
Op grond van artikel 7 van de Richtlijn 2003/88/EG en artikel 31 lid 2 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, heeft de werkgever een zorg- en informatieplicht voor het tijdig opnemen van de vakantiedagen. De werkgever dient concreet en in alle transparantie zorg te dragen dat de werknemer daadwerkelijk de mogelijkheid heeft om zijn jaarlijkse vakantie met behoud van loon op te nemen en hem er zo nodig formeel toe aan te zetten dat te doen. De bewijslast hiervoor ligt bij de werkgever.
Oordeel Hoge Raad
Naar het oordeel van de Hoge Raad is de aanspraak van werknemer op de vakantiedagen niet vervallen (art. 7:640a BW) of verjaard (art. 7:642 BW).
Artikel 7:640a BW
De werkgever heeft onvoldoende feiten en omstandigheden gesteld waaruit volgt dat hij jegens werknemer heeft voldaan aan de zorg- en informatieverplichting zoals beschreven in artikel 7:640a BW.
Artikel 7:642 BW
Artikel 7:642 BW biedt geen ruimte voor het (uitzonderings)geval waarin de vordering tot toekenning van vakantiedagen niet verjaart doordat de werknemer gedurende de vijfjaarstermijn niet in staat is geweest vakantie op te nemen. Op grond van artikel 7 Richtlijn 2003/88 en art. 31 lid 2 Handvest heeft de werkgever een zorg- en informatieplicht voor het tijdig opnemen van de vakantiedagen. Artikel 7:642 BW levert daarom een ‘nationale regeling’ op die niet zodanig kan worden uitgelegd dat zij verenigbaar is met art. 7 van de richtlijn en art. 31 lid 2 Handvest. Dit artikel moet derhalve buiten toepassing worden gelaten, als gevolg waarvan de vakantiedagen in onderhavig geval niet verjaren.
Conclusie
Vakantiedagen vervallen of verjaren niet als de werkgever de werknemer niet daadwerkelijk in staat heeft gesteld om zijn recht op vakantie uit te oefenen, en hem er zo nodig formeel toe aanzet dat te doen, aldus de Hoge Raad. Ook niet indien de verjaringstermijn van vijf jaar in artikel 7:642 BW is verlopen.
Vragen
Heeft u vragen over bovenstaande of andere vragen over het arbeidsrecht, neem dan gerust contact op met één van onze advocaten van het Team Arbeidsrecht.
Neem contact op