Deze week heeft het Europese Hof van Justitie een drietal uitspraken gepubliceerd met betrekking tot het verval van vakantiedagen. In deze uitspraken werd het Duitse arbeidsrecht getoetst aan de Richtlijnen van de Europese Unie. In deze uitspraken werd duidelijk gemaakt hoe de richtlijnen geïmplementeerd dienen te worden, hetgeen eveneens relevant is voor onze Nederlandse wetgeving. Een goede reden om de Nederlandse regels rondom vakantiedagen nog eens op een rij te zetten.
De uitspraken over vakantiedagen
In de eerste uitspraak werd geoordeeld over het verval van het recht op vakantiedagen. Deze dagen kunnen niet direct na de periode waarover ze zijn opgebouwd komen te vervallen (in Nederland: één jaar) als de werkgever niet aannemelijk kan maken dat de werknemer daadwerkelijk de mogelijkheid heeft gehad deze vakantiedagen op te nemen.
De tweede uitspraak ligt in dezelfde lijn. Aan het einde van een dienstverband bestaat voor een werknemer het recht op vergoeding van de niet-genoten vakantiedagen. Volgens het Hof van Justitie is het feit dat de werknemer zelf niet om vakantie heeft verzocht geen reden om het recht op deze vergoeding te laten vervallen. Ook in dat geval is tenminste vereist dat de werkgever aannemelijk kan maken dat de werknemer de kans heeft gehad om de vakantiedagen op te nemen. De werkgever zou de werknemer er tenminste aan kunnen herinneren dat de vakantiedagen nog kunnen worden opgenomen.
In derde uitspraak wordt geoordeeld dat het recht van vergoeding van de niet-genoten vakantiedagen overgaat op de erfgenaam van de werknemer, ingeval de arbeidsovereenkomst is geëindigd door het overlijden van de werknemer.
Opbouw van de vakantiedagen
In Nederland heeft iedere werknemer jaarlijks recht op vakantie gelijk aan vier keer de arbeidsduur per week. Heeft de werknemer een arbeidsovereenkomst voor 40 uur, dan heeft hij jaarlijks recht op 160 vakantie uren (20 vakantiedagen). In de CAO of individuele arbeidsovereenkomst kan opgenomen worden dat de werknemer recht heeft op meer vakantiedagen. Dit zijn de bovenwettelijke vakantiedagen.
In geval de werknemer ziek is of afwezig in verband met zwangerschap, loopt de opbouw van de wettelijke vakantiedagen gewoon door. Dit geldt ook voor de bovenwettelijke vakantiedagen, tenzij de CAO of de arbeidsovereenkomst andere regels bevatten.
Opnemen van vakantiedagen
De werkgever is op grond van de wet verplicht om werknemers jaarlijks in de gelegenheid te stellen vakantiedagen op te nemen. De verantwoordelijkheid om daadwerkelijk vakantie op te nemen ligt echter ook bij de werknemer. De werkgever hoeft de werknemer niet ‘op vakantie te sturen’.
Het opnemen van vakantie dient altijd in overleg tussen de werkgever en de werknemer te gebeuren. De werkgever kan de vakantie van werknemer slechts weigeren als sprake is van zwaarwegende bedrijfsbelangen. Daarbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan verdeling van het werk gedurende de vakantieperiode.
Wanneer komen deze vakantiedagen te vervallen?
De wettelijke vakantiedagen kunnen tot een half jaar na het jaar waarin deze zijn opgebouwd worden gebruikt. De wettelijke vakantiedagen vervallen dus op 1 juli in het jaar nadat de vakantiedagen zijn opgebouwd. De werkgever kan besluiten om hier in bijzondere gevallen van af te wijken.
De vervaltermijn van een half jaar geldt enkel als de werknemer daadwerkelijk in staat was tot het opnemen van vakantie. Was dit niet mogelijk, bijvoorbeeld door een periode van ziekte, dan geldt een verjaringstermijn van vijf jaar.
De bovenwettelijke vakantiedagen verjaren in alle gevallen pas na een periode van vijf jaar.
Uitbetaling van de vakantiedagen
Bij het einde van een dienstverband komt het geregeld voor dat de werknemer nog niet alle opgebouwde vakantiedagen heeft opgenomen. In dat geval bestaat voor de werkgever een wettelijke plicht om deze dagen uit te betalen. Daarbij staat één vakantiedag gelijk aan het loon dat de werknemer per dag verdiend.
Soms zal de werknemer meer vakantiedagen hebben genoten dan hij tot die tijd had opgebouwd. In de regel kan een negatief vakantiesaldo bij het eindigen van de arbeidsovereenkomst worden teruggevorderd. Dit bedrag kan door de werkgever bij de eindafrekening met de te ontvangen bedragen worden verrekend.
Het bovenstaande overzicht geeft een beeld van de belangrijkste regels op het gebied van vakantie. In beginsel zijn deze in lijn met de geldende Richtlijnen en de besproken uitspraken van het Europese Hof van Justitie.
Vragen aan onze advocaten arbeidsrecht?
Heeft u naar aanleiding van dit bericht vragen over vakantiedagen, of heeft u andere vragen op het gebied van het arbeidsrecht? Neem dan contact op met onze specialisten arbeidsrecht.
Uitspraken Europese Gerechtshof
De in dit bericht genoemde uitspraken zijn hier de lezen:
- Arrest Kreuziger
- Arrest Max-Planck-Gesellschaft zur Förderung der Wissenschaften
- Arrest Bauer
Neem contact op